Zoals je ziet aan de titel versus de quote: zelfs in poetsen en opruimen ben ik wisselvallig.
(Laat het ons “balans” noemen. )
Zelfs al voelde ik me dit weekend wat beter, ik heb nogal geluierd, moet ik toegeven. De kids hebben het extra druk met hun schoolwerk nu de examens dichterbij komen en Manlief had een superdruk weekend, dus het was voornamelijk me, myself en I.
’t Is niet dat ik níets gedaan heb, hoor. Ik ben helemaal mee met de was en de vaat, er werd eten gemaakt, maar verder heb ik niet veel nuttigs gedaan. Zelfs niet gelezen of zo. Gewoon zijn, gewoon rondhangen. Wat uiteindelijk toch ook nuttig is. Ik voelde dat ik er deugd van had.
Of ik nu in een Menière-periode zit of niet, poetsen en opruimen gebeurt hier sowieso altijd volgens de energie van het moment.
Soms heb ik meer goesting dan energie en voel ik ’s avonds dat het toch teveel geweest is. (Maar dat weerhoudt mij er niet van om op zo’n momenten te doen waar ik voor gemotiveerd ben. ’t Is dan tenminste gedaan en bovendien: hoe kun je anders weten hoeveel je aankan als je het niet probeert?)
Soms heb ik wél meer energie, maar gebruik ik die liever om leuke dingen te doen. (Ik wil op mijn sterfbed niet kunnen zeggen “Goh, mijn huis lag er toch altijd perfect bij, hé!” maar wel “Ik heb toch genoten van mijn leven.”…)
Soms heb ik veel meer energie dan andere dagen en dan profiteer ik ervan om ook veel meer te doen. (En zelfs als het fysiek niet zo goed lukt: al is het maar mijn gsm opkuisen van al wat er niet meer op hoort, of zorgen dat er zich geen papierberg opstapelt op tafel. Extra ruimte!)
Daar kan ik dan echt van genieten. Niet zozeer van het poetsen maar wel van het gepoetst hebben. Een vers gedweilde vloer, heerlijk.
Alsof je ook meer ruimte in je hoofd hebt als alles net gepoetst is.
(En nu stel ik me even voor dat ik soort van in Las Vegas sta, de dices of life schuddend:
Come on, dices, mama needs enough energy, stability and non-sensitive ears to clean the windows! )
