Intuïtief eten

Sandra Rogiers Positivo Ofnie Leave a Comment

Ik wil nog iets vertellen waar ik het een beetje moeilijk mee heb, en een schuldgevoel over heb en me zelfs een beetje over schaam.

(Fervente vleeseters en fervente vegetariërs slaan misschien liever over vandaag.)

Al enkele jaren kan ik goed intuïtief eten. Voelen wat mijn lichaam nodig heeft. Vooral ’s morgens (de anderen eten dan boterhammen of havermout, dus daar hoef ik dan geen rekening mee te houden) of als ik alleen thuis ben (want, ja, alleen thuis).

Dan is het alsof ik de berging, de kast, de frigo, de diepvries in gedachten scan en dan lijkt het wel alsof hetgene wat ik dan best eet oplicht of zo. Klinkt raar, maar zo werkt het bij mij. Dan weet ik: dat wordt mijn ontbijt, of middagmaal, en dat gaat me goed doen, en dat is dan ook zo.

Dat zorgt ervoor dat ik heel gevarieerd eet. Soms is mijn ontbijt ook gewoon havermoutpap met noten, pitten en zaden, hoor, maar veel vaker is het fruitsla, yoghurt met vers fruit en zaden, groentenomelet, restjes van de vorige avond, soep met een korstje brood besmeerd met kokosolie of ghee, noem maar op.

Maar in het voorjaar dacht ik even dat mijn scanner kapot was. Tot drie keer toe kwam ik die keer uit op het spek dat in de frigo lag.

Huh? Maar ik at toen al meer dan anderhalf jaar geen kruimel vlees of vis meer!

Ik dacht dat dat onderdeel van mijn spiritueel pad was of zo. Ik heb er niet echt bewust voor gekozen om van occasioneel eens wat vlees of vis naar volledig vegetarisch te gaan, ik kreeg het gewoon plots niet meer binnen! Ik zag het dier dat het ooit geweest was in mijn bord liggen en het was alsof ik dan pas ten volle besefte dat een ander wezen met een ziel (daar ga ik toch van uit) moest sterven om opgegeten te worden.

Vanaf dat spek-momentje begon ik toevallig mensen en stukjes tekst tegen te komen die het hadden over dat ze gestopt zijn met vegetarisch eten, wegens hun bloedgroep (weet je nog dat ik het er eens over had dat volgens het bloedgroepdieet bloedgroep O beter af is met vlees?) of wegens lichamelijke klachten, en dat ze vanaf dan terug veel meer energie hadden.

Kon mij niet overtuigen, hoor.

Alhoewel… Ik had het er een tijdje later toch over tijdens een gesprek met iemand. Dat ik het me wel begon af te vragen of ik effectief meer energie zou hebben… Het antwoord dat ik kreeg was: het feit dat je de vraag stelt…

Toen ik ergens in juli weer veel minder energie had, besloot ik het toch eens enkele dagen te proberen. Maar ik kreeg het echt niet binnen. Weer kokhalzen en walgen, en die ene keer dat ik toch één miniem hapje binnenkreeg proefde het de rest van de dag naar dood in mijn mond.

Ik denk dat het ergens in augustus of eind juli was dat mijn “scanner” weer bij vlees belandde. Ik besloot het te proberen. Ik dankte in gedachten het dier dat zijn leven gegeven had om mij te voeden, en het lukte. Een paar hapjes.

Daarna had ik het nog een twee- of drietal keer. Wat me wel opvalt, en eens te meer met wat ik straks vertel, is dat het in een periode was/is dat ik minder in mijn vel zat.

Tijdens de ergste twee weken van mijn aanvallen heb ik wel drie keer per week wat vlees gegeten! Ik voelde echt een sterke behoefte daaraan. (Het deed me denken aan toen ik voor het eerst enkele maanden die aanvallen had: toen at ik een hele tijd bijna alleen maar brood en vlees en vis. Was nu toch beter, met ook groenten en fruit, troostte ik me.)

En het gekke is: op de dagen ertussen vond ik het maar vies dat ik vlees voor mijn huisgenoten moest bakken, ik mocht er niet bij stil staan!

Nu dacht ik dat ik terug naar het vegetariërschap op weg was, maar gisteren, na anderhalve week geen vlees, heb ik het toch weer gegeten. Ik had nergens anders zin in.

Hoe moet ik mezelf nu noemen, vroeg ik me af. Vegetariër mag ik eigenlijk niet meer zeggen, of momenteel toch niet. Maar flexitariër, zoals voorheen, voel ik me ook niet, want die kunnen kiezen.

Dochterlief denkt daar het hare over: waarom moet je altijd alles een naam geven? Jij luistert gewoon naar jouw lichaam!

Ze heeft gelijk natuurlijk. Maar toch…

Hoe krijg je dat uitgelegd aan andere mensen? (Als je ergens mag eten: héél heel misschien krijg ik die dag vlees binnen, maar grote kans van niet.)

Ik krijg het mezelf niet eens uitgelegd.

Ik ga er van uit als ik me weer helemaal in orde voel dat ik dan wel weer vleesloos door het leven ga.

Wacht, misschien noem ik me zo: ik ben plant-based (dus voornamelijk planten) en geef mijn lichaam waar het om vraagt. Ja. Klinkt juist.

En ik doe lekker verder met intuïtief eten.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *