Zoals een boom

Sandra Rogiers Positivo Ofnie Leave a Comment

Scroll gerust door naar het stukje dat ik aangeduid heb, da’s wat ik je graag meegeef vandaag. Met de rest wil ik je eigenlijk niet vervelen, meer van min of meer hetzelfde, maar ik schrijf het wel graag even van me af.

De nacht nadat ik schreef over de stijgende grafiek dacht mijn lichaam: hmm, nee, nog niet. Ik werd wakker en kon fysiek voelen dat het weer op komst was. Mijn oren natuurlijk, maar waar ik nog niet eerder op gelet had: mijn tong en mond voelden raar, alsof ze zich al aan het voorbereiden waren.

En nog iets waar ik eerder niet op lette (of misschien was het er dan niet): op de momenten dat ik moest overgeven kreeg ik het echt heet, sauna, woestijn, hel, het zweet liep gewoon over mijn gezicht en rug, en tijdens de periodes tussenin zat ik te rillen, bibberen, beven, ik voelde ijskoud.

Ik herinner me dat ik dacht: Nee, wééral, wanneer stopt dit, ik kan er niet meer tegen, ik wil dit niet meer, ik wil dood! Waar ik me achteraf om schaamde, want natuurlijk wil ik léven!

Al begrijp ik euthanasie. Stel dat je je voor de rest van je leven élke dag de héle dag zo voelt…

Op een bepaald moment moest ik naar toilet. Ik denk dat het dan zowat een uur of vijf bezig was en het was nog niet gedaan… Ik probeerde recht te staan maar dat lukte gewoon niet. Het voelde alsof ik in een doosje zat waar een reus de hele tijd mee ronddraaide en heen en weer schudde. Ik heb mijn man moeten wakker maken om me naar toilet te brengen.

Vond ik erg. Ik vond het al erg dat zowat alles op zijn schouders terecht komt wanneer ik niet goed ben, maar dít, dit was een grens die ik niet wou overschrijden. Als je die grens over gaat, zit je richting zorgrelatie. En ik heb vroeger thuis genoeg gezien, hoe liefdevol ook, dat dat echt niet gemakkelijk is…

Enkele uren later was de vertigo, zoals ze dat met een fancy woord noemen, al veel minder en kon ik het alleen. Heel traag en voorzichtig zijwaarts schuifelend, want zo bleef mijn basisoppervlak groter en stabieler.

(Zouden krabben ook evenwichtsproblemen hebben? Die lopen toch ook zijwaarts?)

Daarna slaap ingehaald tot laat in de namiddag.

’s Avonds vertelde ik Manlief dat ik die nacht met mijn moeder in mijn hoofd zat. Dat ze al behoorlijk vroeg zorg nodig had, en dat steeds meer en meer. Dat ik dat niet wou voor hem. Ik wil niet dat hij voor mij moet zorgen.

Waarop hij antwoordde: wat is dat nu? We hebben toch voor elkaar gekozen? Als ik morgen iets tegenkom en in een rolstoel terecht kom, ga jij dan niet voor me zorgen voor de rest van mijn leven?

Natuurlijk wel!

Awel dan, da’s net hetzelfde!

Neemt niet weg dat ik in zo’n periode het gevoel heb niet veel waarde toe te voegen, maar da’s oké, ik voel me gedragen en vertrouw er dan maar op dat het uiteindelijk weer goed komt.

Ik herinnerde me dat het zo’n vier jaar geleden, toen het begon, ook enkele maanden geduurd heeft voor het volledig gedaan was.

Ik heb nu twee rustige nachten gehad, wie weet, misschien is het einde nu begonnen. Ik neem het maar hoe het komt.

Dat brengt me bij wat ik nog wou meegeven:

👇
👇

Op een bepaald moment besloot ik me voor te stellen dat ik in een bos rondwandelde om rust te vinden. Want hoeveel technieken ik ook ken, tot hoeveel inzichten ik telkens ook kom: op die intense, heftige momenten is dat allemaal foetsie, weg, verdwenen, vergeten, helaas. Dan bestaat alleen ellende, zo lijkt het wel.

Dus ik focuste me op verschillende bomen, en plots dacht ik: ik moet zoals een boom zijn.

Ik bedoel, ik heb natuurlijk geen klankentapper zoals in Suske & Wiske, dus ik kan het hen niet vragen, maar ik ga er van uit dat bomen gewoon in het nu leven. Ze kunnen toch niets veranderen aan hun omstandigheden, dus ze kunnen niet anders dan rustig ondergaan. Geduldig. Vertrouwend. Zonder forceren. Komt goed.

Stel je voor dat een boom in de winter denkt: phoe, koud, hoor, ik kan niet wachten tot er weer blaadjes aan mij groeien.

En wat later: goh, ik kijk er al naar uit dat ik vruchten draag die ik kan uitdelen aan al het andere leven rond mij.

En nog wat later: ja, maar ik zou binnenkort toch graag mijn outfit veranderen van groen naar andere kleuren.

En dan: ja, oké, maar binnenkort wil ik blote armen en mezelf versierd zien met witte rijp of sneeuw.

Ik ga er van uit dat bomen leven vanuit een wat komt, dat komt-gevoel. Het is wat het is. Alles verloopt in fases en verandert vanzelf. Ze hebben niets onder controle, maar dat geeft niet. Que sera, sera.

Dus ik heb me er dan aan “overgegeven”. (Pun intended.)

Relax, nothing is under control.

En dit: bij moeilijkheden komt het er op neer telkens weer opnieuw bewust te kiezen hoe je er naar kijkt en mee omgaat…

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *